Zoek
de fout
In deze rubriek elke maand een (kranten)artikel met fout(en) en/of
onduidelijke formulering(en) en/of zinnen, zinsdelen, woorden die verbetering,
commentaar of correctie behoeven.
Mail gevonden fouten, onduidelijke formuleringen, voorstellen voor verbetering, ander commentaar naar theorie.uit.experimenten@iae.nl.
oktober 2021
https://www.scientias.nl/nieuw-mysterie-is-geboren-nu-onderzoekers-de-historie-van-een-minder-bekend-broeikasgas-hebben-uitgeplozen/
Nieuw
mysterie is geboren nu onderzoekers de historie van een minder bekend
broeikasgas hebben uitgeplozen.
23 september 2021 Caroline Kraaijvanger
De hoeveelheid waterstofgas in de atmosfeer is tussen 1852 en 2003 gestegen van 330 naar 550 deeltjes per miljard. En onderzoekers kunnen dat niet helemaal verklaren.
Dat de concentratie broeikasgassen in de atmosfeer in de afgelopen anderhalve eeuw flink is toegenomen, weet iedereen. Het ligt ten grondslag aan één van de grootste problemen van onze tijd: klimaatverandering. Maar vaak ligt daarbij de focus op het overbekende broeikasgas koolstofdioxide (CO2) dat in pre-industriële tijden een concentratie van zo’n 281 ppm kende, maar deze zomer bijna de 420 ppm aantikte.
Waterstofgas
Veel minder vaak hoor je over moleculaire waterstof (of waterstofgas) waarvan
over het algemeen wordt aangenomen dat ook de atmosferische concentratie
daarvan sinds pre-industriële tijden flink is toegenomen. “Waterstofgas is een
heel simpel molecuul dat bestaat uit twee waterstofatomen,” legt onderzoeker
John Patterson aan Scientias.nl uit. “En mensen
produceren het voornamelijk door fossiele brandstoffen (koolwaterstoffen) te
verbranden.”
Maar waar we van een broeikasgas als CO2 vrij nauwkeurig weten hoe de concentratie in de afgelopen 150 jaar is veranderd, was dat voor moleculaire waterstof onbekend. Simpelweg, omdat onderzoekers niet wisten hoeveel waterstofgas er in pre-industriële tijden in de atmosfeer zat. Een nieuw onderzoek, waar Patterson hoofdauteur van is, brengt daar verandering in.
IJs
Patterson en collega’s bogen zich voor het onderzoek over luchtbelletjes die in
het Antarctische ijs zitten opgesloten. Die luchtbelletjes zijn ooit gevangen
komen te zitten onder versgevallen sneeuw en zijn
eigenlijk een soort tijdcapsules, die ons meer inzicht kunnen geven in hoe de
atmosfeer er in de tijd dat de sneeuw viel, uitzag. Patterson en collega’s
bemonsterden luchtbelletjes die tot wel 169 jaar geleden zijn gevormd.
In de lijn der verwachtingen
En het onderzoek wijst uit dat de concentratie waterstofgas tussen 1852 en 2003
met 70 procent is toegenomen. Dat percentage lag wel in de lijn der
verwachtingen, zo vertelt Patterson. “Dat is ongeveer wat we op basis van de
toename in atmosferisch methaan (een belangrijke bron van waterstofgas) en de
toename in de verbranding van fossiele brandstoffen (nog zo’n belangrijke bron
van waterstofgas) hadden verwacht.”
Verrassing
Maar het onderzoek levert ook een verrassing op. Want de onderzoekers hadden –
afgaand op de afname in koolstofmonoxide – verwacht dat ook de concentratie
waterstofgas in de 20e eeuw iets zou afnemen. Maar daar is geen sprake van; de
concentratie neemt alleen maar toe. “Koolstofmonoxide en waterstofgas komen
beiden vrij bij een ‘onvolledige verbranding’. Het is eigenlijk heel simpel:
als er niet genoeg zuurstof beschikbaar is, resulteert de verbranding van
fossiele brandstoffen in koolstofmonoxide en waterstofgas in plaats van koolstofdioxide
en waterstof. Meer controle op vervuiling en de introductie van
driewegkatalysator in auto’s zijn verantwoordelijk voor de afname in
koolstofmonoxide. Van driewegkatalysatoren weten we echter dat ze ook zorgen
voor een vergelijkbare afname van waterstofgas in uitlaatgassen. Dus we hadden
verwacht dat het atmosferische waterstofgas net zo zou reageren als
atmosferisch koolstofmonoxide (en dus zou afnemen, red.).” Maar dat is niet het
geval. “Er is geen bewijs dat de uitstoot van moleculaire waterstof in de
twintigste eeuw af is genomen.”
Mysterie
Hoe kan dat? “Dat is het mysterie!” stelt Patterson. Op dit moment wijst alles
erop dat er naast auto’s nog andere, onderschatte bronnen van waterstofgas
zijn. “Maar meer onderzoek is hard nodig.”
Gevolgen
Vaststaat in ieder geval dat de concentratie waterstofgas in 150 jaar tijd
flink is toegenomen. En dat is toch wel enigszins zorgwekkend. “Waterstofgas is
een indirect broeikasgas,” stelt Patterson. “Het reageert met hydroxylradicalen. Hydroxylradicalen
zijn verantwoordelijk voor het afbreken van atmosferisch methaan (een
belangrijk broeikasgas). Meer waterstofgas dat met hydroxylradicalen
reageert, betekent dan ook dat er minder hydroxylradicalen
beschikbaar zijn om met methaan te reageren, waardoor het methaangehalte in de
atmosfeer stijgt. Waterstofgas kan ook de hoeveelheid waterdamp in de
stratosfeer verhogen (en waterdamp is ook een broeikasgas).” De toename in
stratosferische waterdamp kan bovendien weer leiden tot een toename in polaire
stratosferische wolken die bijdragen aan de afbraak van ozon.
Waterstofeconomie
Onderzoekers hebben wel ideeën over hoe het de atmosferische
waterstofgasconcentratie in de toekomst zal vergaan. De verwachting is dat deze
– zeker als steeds meer auto’s op waterstof gaan rijden – alleen maar verder
stijgt. “Sommige onderzoekers schatten dat als de ‘waterstofeconomie’ echt van
de grond komt, de hoeveelheid waterstof in de atmosfeer nog wel met een factor
vier kan toenemen.”
Een goede reden om de concentratie ook de komende jaren nauwlettend in de gaten te houden. “Met name ook vanwege de effecten die een toename van waterstofgas kan hebben op de beschikbaarheid van hydroxylradicalen.” Daarnaast wil Patterson ook graag meer onderzoek doen naar voormalige atmosferische concentraties van waterstofgas. Nu zijn ons die tot 1853 bekend. “Maar we kunnen met ijskernen nog veel verder terug gaan.” Ook de nu nog mysterieuze bron van moleculaire waterstofgas die ervoor zorgt dat de atmosferische concentratie ondanks maatregelen zoals de introductie van de driewegkatalysatoren blijft stijgen, verdient meer onderzoek. “Het laat zien dat we de biogeochemische cyclus van waterstofgas nog niet volledig begrijpen. Meer onderzoek daarnaar is belangrijk, zeker omdat de ‘waterstofeconomie’ die cyclus waarschijnlijk nog verder gaat verstoren.”